Deze basistips voor het goed ventileren van een publieke ruimte zijn op verzoek van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport door TNO opgesteld.

CO2-meter

Kooldioxide (CO2) kan in ruimten waar mensen aanwezig zijn gebruikt worden als indicator voor de luchtkwaliteit. Dit doet men omdat CO2 makkelijk te meten is. Met een CO2-meter kan een schatting worden gemaakt van de hoeveelheid ventilatie in een ruimte. Dat kan nooit meer zijn dan een grove schatting. Zo zijn CO2-metingen nooit 100% nauwkeurig. Elk meetapparaat heeft een foutmarge.

CO2 kent geen harde “grenswaarde”. De streefwaarde van maximaal 1.200 ppm is niet wetenschappelijk vastgesteld. Het is bekend dat een lagere waarde voordelen kan hebben op bijvoorbeeld productiviteit en het geconcentreerd werken. Er is dan ook niet direct reden tot paniek als die waarde wordt overschreden. Het kan dan in ieder geval geen kwaad om dan extra te ventileren. Pas als de CO2-concentratie langere tijd een heel stuk boven de 1.200 ppm ligt is er reden tot zorg. Er wordt geadviseerd om dan onderzoek te doen naar de oorzaak van het hoge CO2-niveau.

 

Afhankelijk van de grootte van de ruimte, het aantal mensen en hun activiteiten, en de hoeveelheid frisse lucht die wordt toegevoerd verandert het CO2-niveau. Het CO2-niveau neemt toe of af naar een bepaalde evenwichtsconcentratie. De snelheid van toe- en afname hangt af van het ventilatievoud. Het ventilatievoud is het aantal keer per uur dat de lucht in een ruimte wordt ververst. Om zelf berekeningen uit te voeren is een Engelstalige rekentool beschikbaar.

Meer informatie over kooldioxide (CO2) en de achtergronden van de ventilatie-eisen vindt u op de site van RVO.

Meer informatie over het indicatief berekenen van de hoeveelheid mechanische ventilatie vindt u op de website van Binnenklimaattechniek.

Zorg ervoor dat de gebruikers toegankelijke en juiste informatie krijgen over het gebruik van een aanwezige CO2-meter.