Deze basistips voor het goed ventileren van een publieke ruimte zijn op verzoek van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport door TNO opgesteld.

Zet de ramen op een kier

Hoe ver moet je een raam open zetten voor voldoende ventilatie? Het lijkt een eenvoudige vraag. Maar het antwoord is nog best ingewikkeld. Hoeveel lucht er binnenkomt, dat hangt van heel veel factoren af. De windsnelheid en windrichting bijvoorbeeld. En het verschil tussen de temperatuur binnen en buiten. De hoeveelheid verse lucht die binnenkomt is het laagst bij windstil weer in de zomer.

Er zijn nog meer factoren die meespelen. Hoe groot is het raam en waar zit het in de gevel? Staan er ramen open aan één kant van de ruimte? Of aan meerdere kanten, zodat er een doortochteffect ontstaat? Een kierstand van ongeveer 2-5 cm bij alle te openen ramen is over het algemeen voldoende voor het toevoeren van voldoende frisse lucht. Om de stand nauwkeuriger te bepalen kan een CO2-meter worden gebruikt, zie tip 5.

Ventileren door het op een kier zetten van ramen is alleen verstandig wanneer er mensen in de ruimte aanwezig zijn en als er geen andere ventilatiemogelijkheden (zoals roosters of klepramen aanwezig zijn). Het in het stookseizoen open zetten van ramen heeft nadelen. Zelfs wanneer in een ruimte de verwarming uitstaat, geeft het open zetten van een raam extra warmteverlies. De koude lucht die binnenkomt koelt de muren, de vloer en het plafond af. Daardoor worden andere, wel verwarmde ruimtes die zich naast deze ruimte bevinden ook kouder. Die andere ruimtes op temperatuur houden kost dan weer extra energie.

Zorg ervoor dat de gebruikers toegankelijke en juiste informatie krijgen over het gebruik van te openen ramen om te ventileren en te luchten.